Het verhaal van Apple begint in de garage van Steve Jobs en Steve Wozniak in Los Altos, Californië, in 1976. Wozniak, een briljante elektronica-ingenieur, had al een aantal succesvolle prototypen van personal computers ontwikkeld.
Jobs, met zijn scherpe zakelijke instinct en marketinginzicht, zag het potentieel van Wozniaks creaties en overtuigde hem om samen een bedrijf te starten.
Ook Ronald Wayne was een van de drie oorspronkelijke oprichters van Apple Computer, maar zijn betrokkenheid was van korte duur. Hij was een ervaren ingenieur en zakenman die Steve Jobs kende via Atari. Wayne hielp met het ontwerpen
van het Apple I-logo en schreef een van de eerste versies van het bedrijfsplan. Hij investeerde ook $1750.
Toch verkocht hij zijn aandelen van 10% in het bedrijf voor $800 slechts twaalf dagen na de oprichting, aangezien hij zich zorgen maakte over de financiële risico’s en de potentiële verantwoordelijkheid. Hij was van mening dat het
risico te hoog was. Deze beslissing bleek achteraf gezien een enorme gemiste kans te zijn, aangezien zijn aandelen miljarden waard zouden zijn geworden als hij ze had behouden. Hoewel zijn rol in het beginstadium in de geschiedenis
van Apple klein was in vergelijking met Jobs en Wozniak, herinneren mensen hem zich vaak als een interessante voetnoot in het verhaal van het succes van Apple. Zijn verhaal dient als een les over het nemen van risico’s en het inschatten
van potentieel toekomstig succes.
Hun eerste product was de Apple I, een handgebouwde computer zonder toetsenbord of behuizing. Het was een relatief eenvoudige machine, maar voor de tijd baanbrekend door zijn gebruiksvriendelijkheid vergeleken met andere beschikbare
computers. De Apple I werd verkocht aan enthousiastelingen en hobbyisten, wat hen genoeg geld opleverde om verder te gaan.
De echte doorbraak kwam met de
Apple II in 1977. Dit model had een volledig toetsenbord, een behuizing en ingebouwde grafische mogelijkheden. De gebruiksvriendelijkheid en de relatief lage prijs in vergelijking met de concurrentie maakten hem een enorme hit.
De Apple II werd een symbool van de opkomende personal computer-revolutie en hielp Apple snel te groeien. Verschillende varianten en uitbreidingen werden later uitgebracht wat bijdroeg aan het langdurige succes van de Apple II.
De groei van Apple was echter niet zonder conflicten. De relatie tussen Jobs en Wozniak liep steeds meer vast door verschillende visies op de toekomst van het bedrijf. Ondanks de interne spanningen bleef Apple innovatief en bracht
het diverse producten op de markt die de toekomst van computing vorm gaven.
De jaren ’80 brachten zowel hoogtepunten (de lancering van de Macintosh) als dieptepunten (de ontslagen van Jobs) voor het bedrijf. De Macintosh, met zijn baanbrekende grafische interface, was een belangrijke stap in de ontwikkeling
van de personal computer, hoewel de hoge prijs en de beperkingen aanvankelijk de verkoop belemmerden.
Na zijn ontslag uit Apple richtte Jobs NeXT op, een bedrijf dat uiteindelijk door Apple werd overgenomen. Deze overname betekende uiteindelijk Jobs’ terugkeer naar Apple, wat leidde tot een nieuwe periode van innovatie en succes,
gekenmerkt door de lancering van de iMac en de iPod, die het bedrijf opnieuw op de kaart zetten.
Kortom, het ontstaan van Apple is het verhaal van twee visionairen, hun samenwerking en conflicten, en de revolutie die ze teweegbrachten in de wereld van de personal computers. Het verhaal is gemarkeerd door innovatie, succes, tegenslagen
en uiteindelijk een glorieuze wederopstanding, waardoor Apple uitgroeide tot een van ’s werelds meest waardevolle en invloedrijke bedrijven.